Ach, kinderen en hun nieuwsgierigheid. Mijn kleinzoon was bij ons aan het logeren, zo'n lief jochie van vier, vol energie en wonderen. 's Avonds, vlak voor het slapengaan, had hij een oude knoop gevonden – weet ik veel waar die vandaan kwam – en die stopte hij zomaar in zijn mond. Ik hoorde ineens dat gorgelende geluid, dat rare, verstikte gehijg vanuit zijn kamertje.
Ik sprong op, mijn hart bonsde in mijn keel, en rende naar hem toe. Gelukkig had ik mijn ChokeBuddy op het nachtkastje liggen, altijd bij de hand sinds de vorige keer. Ik greep het ding, drukte het op de goede plek en trok vier keer hard – één, twee, drie, vier – voor die verdomde knoop eruit schoot. Hij hoestte, huilde bittere tranen, maar ademde weer vrij. Ik wiegde hem in mijn armen tot hij zich uit huilde en in slaap viel, met zijn kleine borstje op en neer gaand.
Ik zelf? Ik heb die hele nacht geen oog dichtgedaan, starend naar het plafond, denkend aan hoe kwetsbaar ze zijn. Dit was al de tweede keer dat zoiets gebeurde, en je leert met de jaren: beter voorbereid zijn dan spijt hebben. Dus nu bestel ik er een voor elke slaapkamer. Veiligheid boven alles, jongen.